Vitamine
Een vitamine is een micronutriënt dat wordt gebruikt in co-enzymen. Omdat vitaminen niet worden verbruikt heeft de mens er maar heel weinig van nodig. De mens kan niet of in onvoldoende mate zelf vitaminen aanmaken. Sommige vitaminen wel, die worden door het lichaam zelf geproduceerd, denk aan vitamine B3 (uit tryptofaan) en vitamine D (in de huid door blootstelling aan UV-B-straling).
Aanvankelijk dacht men dat alle vitaminen een amine-structuur hadden. Een amine is een functionele groep bestaande uit een stikstofatoom met daaraan gebonden drie koolstof- en/of waterstofatomen. Afhankelijk van het aantal koolstofatomen spreekt men van een: de naam, die in 1912 bedacht werd door Casimir Funk, was dan ook een samenstelling van vita(leven) en amine. Maar het idee dat het allemaal amines waren, bleek later onjuist. Bij de naamgeving van vitamines is aanvankelijk uitgegaan van een eenvoudige 1-letternaamgeving, zoals vitamine A. Naderhand zijn de vitamines ingedeeld naar functionele werking.
Vitamines die nodig zijn voor de werking van enzymen vallen onder de klasse van co-enzymen. Op een gegeven moment is men opgehouden met het toekennen van de benaming “vitamine” aan nieuw ontdekte essentiële nutriënten. Foliumzuur en biotine worden, hoewel ze ook nog in (meestal) oude teksten een vitamine B-benaming hebben, vrijwel altijd met hun stofnaam aangeduid. Dat is ook hoe tegenwoordig met essentiële nutriënten wordt omgegaan. Heel soms wordt nog de term Vitamine F gebruikt om essentiële vetzuren mee aan te duiden, maar dat is niet (meer) gebruikelijk.
De Nederlandse Gezondheidsraad doet aanbevelingen hoeveel vitamines iemand dagelijks nodig heeft. Voor elke vitamine bestaat er een aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (adh).Â
Anti-aging en beauty
Anti-aging en beauty
Botten en gewrichten
IJzer
Vitamines (overzicht) | ||||
vitamine | werking | bron | opmerking | |
A1 A2 |
retinol (axeroftol) 1915 3,4-dehydroretinal |
bevordert verhoorning van epitheel | margarine, melkvet, lever, eieren, vis, fruit, peen (wortel) | derivaat van caroteen; deficiëntie: nachtblindheid |
B1 | thiamine (aneurine) 1901 | als co-enzym betrokken bij celstofwisseling | brood, granen(zaadhuid), melk, vlees, aardappelen, groenten, gist | deficiëntie: beriberi, tachycardie, verminderde reflexen |
B2 | riboflavine (lactoflavine) 1933 | als onderdeel van diverse enzymen betrokken bij celstofwisseling | melk, vlees, brood, graanproducten, groenten, gist | deficiëntie: huidaandoeningen en haaruitval ; vaak als gevolg van zwaar alcoholmisbruik |
B3 | nicotinezuur (niacine) en nicotinamide (niacinamide) | als onderdeel van co-enzym A betrokken bij de citroenzuurcyclus | melk, aardappelen, brood, vlees, groenten, eidooier | deficiëntie: dermatitis, diarree, dementie, pellagra |
B4 | choline | belangrijk voor structuur celmembraan, neurotransmittersynthese (acetylcholine) en methyldonor in methyleringsreacties, | eieren, vis, sojabonen, tarwe, pinda’s, orgaanvlees, mager vlees, groenten en borstvoeding | Kan door het lichaam zelf worden gemaakt. De naam “vitamine B4” wordt daarom niet meer gebruikt. |
B5 | panthotheenzuur | onderdeel co-enzym-A (CoA); metabolisme van vetten en suikers | vlees, eieren, volkorenproducten, peulvruchten, melk en melkproducten en groente en fruit | deficiëntie: cardio-vasculaire afwijkingen, zenuwafwijkingen |
B6 | pyridoxine (adermine) 1934 | als pyridoxaalfosfaat betrokken bij celstofwisselingvlees, vorming van bloedcellen, als co-enzym betrokken bij de vorming van RNA en DNA | lever, vlees, vis, melk, kaas, eieren, soja | deficiëntie: convulsies, huidaandoeningen en een defecte antistofproductie; vaak gevolg van zwaar alcoholmisbruik |
B7 | biotine | benaming van vitamine B7, vroeger ook wel Vitamine H genoemd | ||
B8 | biotine 1941 | als co-enzym betrokken bij stofwisseling | gekoppeld aan een proteïne in lever, nier, eidooier, gist, noten, granen | deficiëntie: huidaandoeningen |
B9 | foliumzuur | benaming van vitamine B11 in de Verenigde Staten en Duitsland | ||
B11 | foliumzuur | als co-enzym betrokken bij celstofwisseling | brood, groenten, vlees, melk, eieren, gist | deficiëntie: anemie |
B12 | cobalamine | co-enzym bij omzetting van homocysteïne in methionine (foliumzuur nodig) | vlees, lever, eieren, melk, kaas, marmite | deficiëntie kan tot pernicieuze anemie (een ernstige vorm van bloedarmoede) leiden |
B15 | dimethylglycine en trimethylglycine, (pangaamzuur) | helpt zuurstofabsorptie, methyldonor in methyleringsreacties, wordt ingezet bij autisme | komt in alle cellen voor. wordt daar geproduceerd als een tussenproduct van de omzetting van choline naar glycine. | Kan door het lichaam zelf worden gemaakt. De naam “vitamine B15” wordt daarom niet meer gebruikt |
Bh | inositol | belangrijke rol als signaalstof (“second messenger”) in de lichaamscel | volkorenproducten | Kan door het lichaam zelf worden gemaakt. De naam “vitamine Bh” wordt daarom niet meer gebruikt, inositol wordt echter nog wel tot het vitamine B-complex gerekend. |
Bw | biotine | verouderde benaming van vitamine B8 | ||
C | L-ascorbinezuur 1932 | betrokken bij vorming van hemoglobine, collagene weefsels en steroïde hormonen | fruit (vooral citrus), aardappelen, groenten | temperatuurgevoelig, eigen synthese bij de meeste zoogdierensoorten mogelijk, behalve chimpansee, de mens en de cavia. Is een anti-oxidant; deficiëntie: scheurbuik. |
D2 | ergocalciferol 1918 | bevordert resorptie en afzetting van calcium, vooral in beenderen en gebit | vorm van vitamine D die voorkomt in voedingsmiddelen zoals bepaalde paddenstoelen en margarine | Synthese uit plantaardige sterolen; deficiëntie: Engelse ziekte (rachitis) |
D3 | cholecalciferol 1918 | idem als D2 | voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong, zoals vette vis | is tevens de vorm die de huid produceert uit previtamine D3 ofwel precholecalciferol, onder invloed van ultraviolet licht; deficiëntie: spierkramp, stuipen |
E | alfa-tocoferol (D-alpha-tocoferol) 1922 | aspecifiek antioxidant in diverse weefsels | plantaardige oliën, granen, eieren, bladgroenten | Voorkomt RBC-lysis |
F | linolzuur 1929 en bij uitbreiding essentiële vetzuren | zie bij linolzuur en essentiële vetzuren | in de meeste onverzadigde oliën (bijvoorbeeld zonnebloemolie) | verouderde benaming, linolzuur is geen vitamine maar een essentiële bouwstof |
H | biotine | verouderde benaming van vitamine B8 | ||
K1 K3 |
fytomenadion (naftochinon) 1935 farnochinon |
onmisbaar voor synthese in de lever van trombinogeen en andere bloedstollingscomponenten | K1:bladgroenten (vooral kool), tomaten, tarwe, eieren, lever, vis K2product van de coli-bacteriën in de darm |
wordt in de eerste weken aan zuigelingen gegeven |
M | foliumzuur | verouderde benaming van vitamine B9 | ||
P | citrine | bevordert de permeabiliteit van capillairen | sinaasappelen, citroenen | verouderde benaming |
U | cabagine (S-Methylmethionine) |
beschermend voor de slijmvliezen van maag en darmen | koolsoorten | verouderde benaming |
****************************
*Eventuele gezondheidsclaims, gemaakt op basis van plantaardige inhoudsstoffen, zijn op het moment van schrijven van deze blog nog in behandeling bij de ESFA.
In het kader van de Europese wetgeving omtrent gezondheidsclaims mogen wij op onze website niet vermelden voor welke toepassing je dit supplement precies kan gebruiken. Uiteraard mogen wij u wel voorzien van persoonlijk advies. Neem dan ook gerust contact met ons op per email aan info@spiruella.nl of maakt gebruik van ons contactformulier! Wij helpen u graag verder!
****************************